door Heleen Pelle
Het Nederlands Hoger Onderwijs wordt steeds meer onderdeel van de Europese academische wereld. De overheid stimuleert al jaren de internationale mobiliteit van studenten. Denk hierbij met name aan uitwisselingen die mogelijk worden gemaakt met Erasmus-beurzen. Om ook meer buitenlandse studenten aan te trekken om in Nederland te komen studeren, neemt hier in eigen land ook het Engelstalig onderwijsaanbod toe.
Wat betekent dit voor jou als Nederlandstalige student?
Er zijn steeds meer mogelijkheden om delen van je studie in het buitenland te kunnen volgen. Het doel hiervan is o.a. om interculturele competenties te ontwikkelen en wereldervaring op te doen, zaken die nodig zijn om later succesvol in een internationale context te kunnen functioneren. Datzelfde geldt in enige mate ook voor Engelstalige studies hier in Nederland, wanneer je groepsopdrachten samen maakt met je internationale studiegenoten.
Hoe kan je hiervan gebruik maken?
Er zijn al veel Engelstalige Bachelor studies, waarmee je kan starten in het eerste jaar, zowel HBO- als Universitaire opleidingen. Je hoeft vooraf geen Engelse taaltoets te doen, maar houd er rekening mee dat het niet eenvoudig is om alles in het Engels te moeten doen, ook je opdrachten en examens. Voorbeelden van Engelstalige Bacheloropleidingen zijn: Liberal Arts & Sciences aan de diverse University Colleges, maar ook vrijwel alle studies aan de Universiteit Maastricht en een groot aantal studies aan de Rijksuniversiteit Groningen en de TU Twente. Andere studies waar je veel internationale studenten zal tegenkomen zijn: European Studies/ International Studies/ American Studies, International Relations, Economics & Business Economics, International Business Administration, Hotelmanagement, maar ook Circus- and Performance Art (Fontys).
Daarnaast is het tijdens de meeste studies mogelijk om gedurende je studie, meestal in je derde jaar, een Minor, of een aantal losse vakken te volgen aan een buitenlandse onderwijsinstelling. Het gaat hierbij meestal om 30 studiepunten (ECTS). Je kan niet vrij kiezen waar je naartoe gaat, want je bent afhankelijk van de samenwerkingsrelaties van je eigen universiteit, of hogeschool. Voor informatie hierover kan je terecht bij het International Office van je eigen onderwijsinstelling. Denk hierbij aan de deadlines!! En helaas zijn er vaak meer aanvragen, dan beschikbare plaatsen, waardoor je wordt “uitgeloot” voor zo’n kosteloze exchange ervaring. Gelukkig bestaat er dan nog altijd de mogelijkheid om als zgn. Free Mover aan te kloppen bij een buitenlandse onderwijsinstelling van je eigen keuze (maar die geen exchange overeenkomst heeft met jouw instelling).
Wat zijn de alternatieven voor een Exchange-programma?
Een andere mogelijkheid is om te kiezen voor een stage, of een afstudeeronderzoek in het buitenland. Vaak beschikt je onderwijsinstelling over nuttige contacten in het buitenland, maar je kan natuurlijk ook gebruik maken van je eigen netwerk, of van een internationale studentenorganisatie als AIESEC, of van stage-bemiddelingsbureaus.
Voor bepaalde buitenlandse stages kan je bovendien een beroep doen op een Erasmus-beurs en daarnaast is er nog een aantal specifieke beurzen; deze zijn te vinden op de website van het Nuffic.
Wie kunnen hiervan gebruik maken?
In principe kan iedereen die zijn/haar Propedeuse heeft afgesloten, gebruik maken van een exchange-mogelijkheid. Maar in de praktijk blijkt dat sommige onderwijsinstellingen hier extra voorwaarden aan verbinden. Wanneer je een IBA-student bent aan de Erasmus Universiteit bijvoorbeeld, kom je alleen in aanmerking voor het exchange programma wanneer je gemiddelde cijfer een 7.0 of hoger is. Bij andere instellingen wordt meestal voorrang gegeven aan de studenten die voor hun studie verplicht een periode naar het buitenland moeten.
Wanneer je zeker weet dat je graag tijdens je studie een periode naar het buitenland wil, dan kan dat vrijwel altijd. Wacht niet af, maar neem zelf het initiatief.
De energie die je er in steekt verdien je zeker terug tijdens een geslaagde buitenlandervaring!!